1

Met de natuurlijk als leermeester




Met de natuurlijk als leermeester

» Let op: deze activiteit is voorbij «

Zoals er in de tweede helft van de negentiende eeuw talrijke kunstenaarskolonies in Europa ontstonden, zo ontwikkelde zich omstreeks 1890 ook in Schwaan een gemeenschap van schilders. De uit Schwaan zelf afkomstige Franz Bunke, Rudolf Bartels en Peter Paul Draewing vormden samen met de uit Hamburg stammende Alfred Heinsohn de belangrijkste steunpilaren van de enige kunstenaarskolonie in Mecklenburg.

Ze waren aan de Weimarer Malerschule – de Groothertogelijk-Saksische Kunstschool in Weimar – onderwezen in de realistisch-naturalistische landschapschilderkunst en beoefenden hun natuurstudie in hun geboortestreek Mecklenburg.

Bartels en Heinsohn ontwikkelden zich het meest in moderne richting en zouden tot de zgn. Klassieke Modernen gaan behoren. Met hen mee kwamen collega’s als Paul Baum (in Zeeland geen onbekende), Richard Starcke, Hedwig von Germar en Otto Tarnogrocki, die voor een levendige uitwisseling van werken en ideeën zorgden. Vrouwelijke kunstenaars als Ilse Jonas en Helene Dolberg bleken eveneens een band met Schwaan te hebben.

De kunstenaarskolonie domburg

Domburg maakte aan het einde van de negentiende eeuw naam als een eenvoudig internationaal kuuroord, met als grote trekpleister de arts en fysiotherapeut Johan Georg Mezger (1838-1909). Na Mezgers dood en de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) veranderde het stadje langzaam aan in een familiebadplaats voor de middenklasse. Lang bleef zijn geschiedenis verborgen, maar vanaf de jaren tachtig van de twintigste eeuw is Domburg als kunstenaarskolonie oude stijl te boek gesteld.

Kunstenaars hebben van oudsher over Walcheren rondgezworven, aangetrokken door de ongerepte schoonheid van de omgeving, de bijzondere lichtval langs de kust en de weerschijn ervan over het door water omarmde land. Met enkele Belgische schilders als Emile Claus, Euphrosine Beernaert en Camille Van Camp omstreeks 1870 als voorlopers, ontstond de kunstenaarskolonie Domburg rond 1900, beleefde zij haar grootste bloei tijdens de bekende Domburgsche Tentoonstellingen (1911-1921) en duurde zij voort tot eind van de jaren twintig. De kunstenaarskolonie Domburg kwam symbolisch tot een einde toen ‘de kunstzaal’ ten gevolge van hevige stormen in de winter van 1921 op 1922 instortte.



Het mtvp museum

Een replica van het oude gebouwtje staat enigszins verborgen als een oase van rust in het centrum van de badplaats en huisvest sinds 1994 het Marie Tak van Poortvliet Museum Domburg. Het museum organiseert twee keer per jaar succesvolle exposities rond de deelnemers aan de oude tentoonstellingen, rond hedendaagse kunstenaars die een band met Zeeland hebben en bovendien - in het kader van de contacten tussen Europese kunstenaarskolonies onderling - rond andere spraakmakende kolonies uit eind negentiende en begin twintigste eeuw.

 Bezoek marietakmuseum.nl

Met de natuurlijk als leermeester
Leuke foto beschikbaar? Stuur er eentje op naar redactie@dagjeweg.nl.