1

'Geboren om te vliegen'


-advertentiepositie-



'Geboren om te vliegen'

» Let op: deze activiteit is voorbij «

Zeilers boven stad en dorp

Sommige vogels bewegen zich moeiteloos door de lucht. Het ankervormige silhouet met de smalle, naar achteren gebogen puntige vleugels is de perfecte vorm voor de Gierzwaluw. In vlucht haalt de vogel een snelheid van wel 120 kilometer per uur. Tijdens een duikmanoeuvre kan dit oplopen tot maar liefst 200 kilometer per uur.
In de winter legt Gierzwaluw duizenden kilometers af en bereikt hij soms zelfs Zuid-Afrika. Gierzwaluwen slapen met slechts één hersenhelft tegelijk, daardoor kunnen ze half slapend blijven vliegen.
Wie kent zijn scherpe gierende geluid niet boven stad of dorp? De Duitsers noemen hem geheel terecht ‘Mauerseegler’ (muurzeiler) omdat de vogel met grote snelheid en voor het oog in een beweging naar een muur vliegt en zich daaraan vastklampt.
Eind april komt deze Afrikaanse vogel weer terug in ons land. Of is het net andersom? Onze Gierzwaluw die weer terug is van weggeweest? Hoe dan ook, zonder kaart en kompas weet hij zijn broedplek van vorig jaar weer feilloos terug te vinden!
 
Giganten boven de oceanen
Zeevogels als albatrossen, jan van genten en pijlstormvogels kunnen uren, dagen, weken, maanden en soms jaren boven de oceanen vliegen.
Let maar eens op hun relatief smalle en lange vleugels waarom ze moeiteloos, ook met krachtige winden, boven het water van de oceaan vliegen.

De Zuidelijke koningsalbatros bijvoorbeeld keert in oktober terug naar de broedkolonie en legt dan eieren in de maanden november of december. De kuikens kruipen vervolgens in februari of begin maart uit het ei en ze vliegen uit tussen begin oktober en begin december. Dan blijven ze minstens vijf jaar uit de buurt van de broedplaatsen en foerageren op volle zee!
Bedenk dat deze soort met een lengte (punt van de snavel tot de punt van de staart) van 122 cm en een spanwijdte (afstand tussen de beide vleugelpunt) van 328 cm uitzonderlijk groot is! Maar dankzij de speciale lange vorm van de vleugels en relatief laag gewicht van de bottenstructuur is hij tot deze prestaties in staat.


Stijgers en zwevers
Vogels zoals arenden, buizerds, gieren en ooievaars hebben brede vleugels. Vliegen, zeker over lange afstanden, zoals albatrossen en jan van genten, zou deze soorten enorm veel energie kosten.
Wat deze soorten dan ook doen is al rondcirkelend opstijgen met de warme lucht. Om zich vervolgens op grote hoogte kilometers ver te laten afzakken en daarna het ‘kunststukje’ te herhalen.
Boven land stijgt de warme lucht gemakkelijker op dan boven zee. Vandaar dat het opstijgen van deze vogels voornamelijk boven land plaatsvindt.
 
Kilometervreters
Steltlopers als grutto’s, tureluurs, ruiters, plevieren en strandlopers vliegen ieder jaar vanuit hun zuidelijke overwinteringsgebieden naar hun broedgebieden in het hoge noorden. Ze leggen daarmee jaarlijks duizenden kilometers vliegend af.

Om deze lange tocht te volbrengen gebruiken deze vogels veel energie. De Waddenzee vormt halverwege de trekroute een onmisbare schakel om deze energievoorraad weer op peil te brengen voordat de vogels weer doorvliegen naar Afrika.
Om zo’n grote hoeveelheid brandstof mee te kunnen nemen, besparen vogels tijdens de trek op de omvang van hun organen. Hoogleraar Trekvogelecologie Theunis Piersma van de Rijksuniversiteit Groningen: “Dat lijkt door een interne klok te worden gestuurd. Bij een andere lange afstandstrekker, de kanoet, zien we dat zij rond de trektijd bijna als vanzelf grotere spieren krijgen, en organen als maag en lever kleiner worden. Dat is zelfs zo als we ze in een kooi houden, waar ze geen grote afstanden kunnen vliegen om hun spieren te trainen. Ook dat opvetten ligt goed vast. Zelfs als we het dag-nachtritme van de vogels met behulp van verlichting in de kooi veranderen, dan nog maken de vogels zich klaar voor de trek door extra te gaan eten.”

De noordse stern broedt vooral in arctische streken en overwintert in het zuidpoolgebied, vijftien- tot twintigduizend kilometer vliegen van de broedplaats. En in het voorjaar leggen ze die afstand nog een keer af. Deze route kent ook de grootste veranderingen in temperatuur! Per jaar vliegt een noordse stern (alleen al op trek) de wereld rond. Daarmee zijn ze als de kampioenen onder de trekvogels. Nederland ligt aan de zuidgrens van het Europese broedgebied.
Sternen leven 30 jaar of langer en gedurende hun leven leggen ze bijna een miljoen kilometer af.
 
Het record ‘non-stop langeafstandsvliegen voor vogels’ is aangescherpt door een Rosse grutto: bijna dertienduizend kilometer aan één stuk over de Stille Oceaan. Hoe doen ze dat?!

De nieuwe recordhouder heeft de poëtische naam ‘4BBRW’, naar de kleuren blue, blue, red en white, van de ringetjes om zijn poten. Het is een mannetje van de rosse grutto die bijna een jaar geleden in Nieuw-Zeeland werd gevangen en van een zendertje werd voorzien. Op 16 september vertrok hij uit Alaska voor een tocht naar het zuidwesten. Op 27 september had hij het meer dan tien jaar oude record non-stop vliegen van soortgenoot ‘E7’ 11.600 km te pakken. En bij aankomst in een baai ten oosten van Auckland, Nieuw-Zeeland, had hij dat record verpulverd: 12.854 km!

Snelheidsduivels
Vogels zoals de Slechtvalk, Sperwer en Torenvalk hebben ieder hun eigen lichaamsbouw en jachtmethoden.
De Slechtvalk kan zich met een snelheid van 390 km/uur (!) in duikvlucht op zijn prooi storten.
De Torenvalk is in staat om ook bij sterke tegenwind ‘stilstaand’ in de lucht zijn scherpe ogen gericht te houden op zijn prooi daar beneden in het gras. Om zich vervolgens plotseling in één keer naar beneden te laten vallen naar de grond.
En de Sperwer kan met zijn snelle wendbaarheid in het open veld, langs hagen en tussen de bomen door jacht maken op zijn prooi.
Van geen van de drie genoemde soorten staat het grijpen van de prooi bij voorbaat vast!

 
Vogels inspiratiebron voor de luchtvaart

 

'Geboren om te vliegen'
Leuke foto beschikbaar? Stuur er eentje op naar redactie@dagjeweg.nl.