Roofkunst mag niet rusten

Nederlandse musea kunnen rekenen op nieuwe claims

Rijksmuseum Amsterdam Nieuws door

archief oud artikel 16 maart 2010 Geschiedenis Nederlandse musea worden onder de loep genomen in een nieuw onderzoek naar geroofde kunst. Rudi Ekkart, directeur van het Rijksbureau voor Kunsthistorische Documentatie verwacht tientallen claims van voormalige eigenaren.

Al voor de Tweede Wereldoorlog roofden de nazi's kunst uit privécollecties. Ekkart vertelt in het Nederlands Dagblad: "Er waren beslagnames, er waren joodse mensen die het vege lijf hebben gered maar hun kunstcollecties moesten achterlaten. De verwervingen van musea uit joodse boedels vormen een niet te verwaarlozen bestanddeel en daar moet dus naar worden gekeken." Eerder werden Nederlandse musea onderzocht op kunstwerken aangekocht in de periode 1940-1948. Inmiddels zijn daarvan zo'n 500 werken terug gegeven. Vorig jaar is de Nederlandse Museumvereniging begonnen met een onderzoek naar door de nazi's geroofde kunst vanaf 1933.

Onderzoek

Rudi Ekkart was eerder voorzitter van de commissie Herkomst Gezocht. Sinds 1998 zocht deze commissie naar de oorspronkelijke eigenaren van ongeveer 4.700 kunstvoorwerpen van de Nederlandse staat. Op 4 april 2007 werd dit onderzoek afgesloten. Eigenaars kunnen nog steeds een claim indienen, maar er wordt niet meer actief naar hen gezocht. Bij het nieuwe onderzoek wordt gekeken naar elk voorwerp dat sinds 1933 aan de collecties van de musea is toegevoegd. En of dit tussen 1933 en 1945 joods bezit was.

Goudstikker

Bekend in het onderzoek van Bureau Herkomst Gezocht is de collectie van de familie Goudstikker. Deze omvangrijke partij schilderijen kwam na de oorlog in handen van de staat. De Joodse eigenaar Jacques Goudstikker kwam in 1940 door verdrinking om het leven. Een groot deel van zijn bezit kwam in handen van de Duitser Hermann Göring. Na de oorlog kwamen 300 schilderijen terug naar Nederland, waar ze geveild werden en in Nederlandse musea terecht kwamen. Dit was niet wat de weduwe van Goudstikker wilde. In 2006 kreeg erfgename Marei von Sahrer een groot deel van de 267 kunstwerken alsnog in handen. Tijdens een veiling kocht de Nederlandse regering slechts vier van de schilderijen, die nu nog steeds in Nederlandse musea hangen.

Recent voorbeeld

Een recenter voorbeeld is de claim van de Oostenrijkse familie Czernin. Eind januari 2010 claimden de erfgenamen het schilderij De Schilderkunst van het Kunsthistorisches Museum in Wenen. Dit kunstwerk van Vermeer werd volgens de nazaten van Czernin destijds onder dwang verkocht. Sinds twee jaar loopt er ook in Oostenrijk een uitgebreid onderzoek naar oorlogskunst.

Afronding

Na de afronding van het onderzoek van Nederlandse Museumvereniging wordt er een eindrapportage opgesteld. Deze moet in 2012 klaar zijn. Tot nu toe onderzoeken al 160 musea hun collecties. Claims zoals die van Jacques Goudstikker waren voor de Nederlandse musea een flinke aderlating. Zo moest het Rijksmuseum in Amsterdam twee landschappen van Salomon van Ruysdael afstaan.

Laatst gewijzigd: 2011-05-09 10:46:50 · Gepubliceerd: 16 maart 2010 - 249