archief oud artikel 19 december 2007 Rotterdam, Zuid-Holland In de collectie van het Natuurhistorisch Museum in Rotterdam (NMR) zijn fossiele resten van een nog onbeschreven walvissoort ontdekt. Vanaf woensdag zijn de drie wervels te zien in het Rotterdamse museum.
Klaas Post ontdekte de botten. Zijn bevindingen publiceerde hij daarop in het decembernummer van het vakblad Cranium. De beheerder van de collectie fossiele zoogdieren van het Natuurhistorisch Museum in Rotterdam kreeg argwaan toen hij de in 1996, in 2001 en dit jaar van de Noordzeebodem opgeviste walviswervels onderzocht.
Archaeoceti
De wervel is in de lengte korter dan in de breedte, zo vond de Rotterdamse wetenschapper. Opmerkelijk, vergeleken met de duizenden walviswervels die hij eerder onderzocht. Ook bleek dat de dwarsuitsteeksels schuin naar voren en naar onderen staan in plaats van dwars en recht op het wervellichaam. Volgens het museum gaat het om een oerwalvis, behorend tot suborde Archaeoceti. Het dier moet 10-15 meter lang geweest zijn en leefde in het Eoceen, ongeveer 40 miljoen jaar geleden, zo schrijft het NMR. "Als we alle kenmerken op een rijtje zetten dan kunnen we niet anders dan concluderen dat we wervels van één of meer mysterieuze oertandwalvissen in handen hebben. En dat moeten geen kleintjes of lange dunne slungels geweest zijn, maar lange en fors uit de kluiten gewassen monsters met wellicht enorme angstaanjagende tanden", concludeert Post.
Opzienbarend
Directeur Jelle Reumer, tevens hoogleraar Vertebraten-Paleontologie in Utrecht, betitelt de vondst als een 'opzienbarende ontdekking'. "Het gaat hier om het oudste grote zoogdier uit Nederland! Eens te meer blijkt dat de Noordzee één van 's werelds belangrijkste vindplaatsen is van fossiele zoogdieren; niet alleen van de bekende Laat-Pleistocene mammoetfauna, maar ook van veel ouder en onbekender materiaal. We kunnen er zeker van zijn dat er nog veel ontdekkingen zullen volgen."
Laatst gewijzigd: 2011-05-09 10:46:50 · Gepubliceerd: 19 december 2007 - 579