archief oud artikel 8 december 2009 Amsterdam, Noord-Holland De één noemt het bloesjesdag, maar Martin Bril noemde het rokjesdag. Die ene dag in het voorjaar dat vrouwen als bij toverslag ineens een rok dragen. Uitgeverij Prometheus eert de in april overleden schrijver, dichter en columnist Martin Bril volgend jaar met de Rokjesdag.
Het evenement in april bestaat uit een rokjesfeest, een rokjestentoonstelling en een rokjesontwerpwedstrijd, liet uitgeverij Prometheus weten. Ook verschijnt die maand bij de uitgever de bundel Rokjesdag, met Martin Brils' mooiste verhalen over de lente, blote benen, vrouwelijkheid en het algemene gevoel van gelukzaligheid als de eerste echte warme dag van het seizoen een feit is'.
Tamtam
De auteur vroeg zich altijd af hoe vrouwen weten dat het rokjesdag wordt: "Hoe weten alle vrouwen dat het rokjesdag wordt?", vroeg Bril zich af in De Volkskrant. "Er is geen tamtam, en het wordt niet op radio en televisie aangekondigd. Het gaat dus om een voorgevoel dat duizenden vrouwen op hetzelfde moment bezoekt."
Volgens Bril was Rokjesdag ook redelijk afzien: "Rokjesdag moet een element van ontbering hebben, een koude ochtend en kippenvel. Vijf graden in de ochtendspits. Het lijkt wel alsof je gek bent. Maar je ziet gelukkig overal collega's."
Zonnebrillen in het haar
Bril had zelf twee dochters en wist daarom wel iets eerder dan andere mannen wanneer het Rokjesdag werd. "Maar voor hetzelfde geld overvalt rokjesdag mij vrijdag, dat kan zomaar. Ik neem tenslotte niet deel aan het grote toverslagse raadsel, hoewel ik met drie vrouwen in huis wel een kleine voorsprong heb op andere mannen, en ik hoor de gesprekken die erover gaan, en ik zie dat de winterjassen niet meer aangaan, ik stel zelfs vast dat er lage schoenen aan blote voeten steken, en zonnebrillen in het haar. Rokjesdag doet mij meer dan Internationale Vrouwendag, als ik zo oneerbiedig mag zijn. Het is een feestdag, wanneer hij ook valt."
De auteur overleed op 22 april op 49-jarige leeftijd.
Laatst gewijzigd: 2012-04-16 08:25:10 · Gepubliceerd: 8 december 2009 - 236